Westcirculatie komt op gang Deze herfst is niet alleen recordwarm, het is tevens een herfst die opvalt door het vaak nogal rustige weer. Echte najaarsstormen hebben we eigenlijk niet gehad. Alleen op 1 november werd het even behoorlijk ruig aan met name de noordelijke kust van Nederland. Dat was die situatie waarbij tientallen paarden werden ingesloten door het snel stijgende zeewater. De afgelopen weken zagen we de diepe depressies steeds rondhangen op de Atlantische Oceaan. In Schotland en Noorwegen kwam het soms tot een zuidwesterstorm. Boven het continent was de wind minder sterk, maar steeds wel in staat om absurd zachte lucht aan te voeren vanaf zuidelijke breedten. In feite zijn de zuid- tot zuidwestelijke stromingen al ongeveer drie maanden dominant. Dat heeft een belangrijk stempel gedrukt op het extreem warme karakter van deze herfst. De vraag is, hoe lang dit regime het nog zal vol houden. Zit er ook nog een extreem warme decembermaand in het verschiet, of worden de bordjes nu geleidelijk verhangen. Een ding is zeker, het kan pas echt koud worden als de wind naar de oosthoek gaat draaien. Want het zeewater voor de deur is nog ongebruikelijk warm, 12 tot 13 graden. Zelfs een noordenwind zou het nog niet snel koud kunnen maken in de huidige omstandigheden.
Als we de weerkaarten van de komende dagen bekijken, zien we in eerste instantie niets nieuws onder de zon. Depressies blijven met name actief op de Oceaan of in de omgeving van IJsland. Aanstaande donderdag ontploft er als het ware weer een nieuwe depressie in het zeegebied ten zuiden van IJsland. De luchtdruk in de kern gaat onderuit tot onder de 950 hPa op donderdag. Hoe hard het ook gaat waaien op de Oceaan, bij ons draait deze uitdiepende stormdepressie slechts uit op een doorgaande aanvoer van zachte lucht vanuit het zuidwesten. Toch lijkt er in de loop van het weekeinde een verandering zichtbaar te worden op de berekende weerkaarten. Er komt ruimt voor een meer west-oost georiënteerde stroming op de Oceaan. Er komt een goed ontwikkelde westelijke straalstroom op gang. Daarmee zouden depressies met hun activiteit gemakkelijker kunnen opstomen in de richting van het Europese vasteland. Op de berekende hoogtekaart voor volgende week dinsdag zien we deze sterke westelijke stroming duidelijk liggen. Vroeg of laat zal er ongetwijfeld een keer een uitdiepende storing in meekomen die dan in ons land een forse windtoename kan veroorzaken. De kans is aanwezig dat het volgende week dus dynamischer wordt met misschien wel een keer een heuse najaarsstorm. Storingen zullen in de geschetste situatie niet alleen veel wind, maar ook veel regen kunnen meebrengen. Temeer daar het zeewater nog warm is. Dit levert de storing extra energie en extra waterdamp. Zo lang de westcirculatie volgende week met z’n as dichtbij of over ons land loopt, blijft het (veel) te zacht voor de tijd van het jaar. Maar de westcirculatie haalt zijn kracht uit de temperatuurverschillen aan weerskanten van de as van de straalstroom. Aan de noordkant is het koud, aan de zuidkant juist warm. Het is niet ondenkbaar dat de hele straalstroom met z’n as geleidelijk een wat zuidelijkere positie gaat opzoeken. In dat geval komt ons land aan de koude kant van de straalstroom te liggen. Dit geldt dan in de eerste plaats voor de lucht op grotere hoogte. In hoeverre het dan ook aan de grond echt kouder wordt, hangt ondermeer sterk af van de windrichting. Als het op 5 kilometer erg koud wordt maar de wind in de westhoek blijft zitten, blijft het nabij het aardoppervlak relatief zacht. Dit verticale temperatuurverschil veroorzaakt dan gunstige omstandigheden voor de vorming van talrijke en zware buien. Voor als nog kunnen we voorzichtig vooruit kijken naar een dynamischer en daarmee interessanter weertype in de loop van volgende week. Of daarmee de winter ook dichterbij komt, is echter nog maar de vraag. (Bron Meteo-Consult) |