|
Nieuwe weersatelliet met succes gelanceerd |
|
vrijdag 20 oktober 2006 |
Na een aantal keren uitstel sinds 17 juli j.l. is de Europese weersatelliet MetOp-A dan toch om 18:28 uur Nederlandse tijd succesvol gelanceerd, vanaf de lanceerbasis in Baikonur (Kazakhstan).
Baantjes over de polen De Metop-A is de eerste polaire Europese meteorologische satelliet die banen over de polen gaat draaien en wordt beschouwd als het begin van een nieuw satelliettijdperk. EUMETSAT, de Europese organisatie voor de exploitatie van weersatellieten, lanceert en opereert al tientallen jaren de bekende METEOSAT satellieten, die zich in een geostationaire baan (op 36000 km hoogte) om de aarde bewegen. Nederland wordt door het KNMI vertegenwoordigd in EUMETSAT. Het KNMI is actief op het gebied van satellietmeteorologie. Eerder dit jaar heeft de Europese Ruimtevaart Organisatie ESA een satellietmissie, geleid door het KNMI, ten behoeve van luchtkwaliteit en klimaat geselecteerd voor verdere studie.
Meer details en nauwkeurigere waarnemingen De MetOp-A is de eerste van een nieuwe serie polaire weersatellieten die in een baan op een hoogte van 800 km van pool naar pool bewegen. In tegenstelling tot de geostationaire METEOSAT die iedere 15 minuten waarnemingen van Europa en Afrika doet, hebben polaire satellieten als MetOp de beperking dat slechts een paar keer per etmaal een waarneming van een bepaald gebied gedaan kan worden. Daar staat tegenover dat polaire satellieten meer detail en nauwkeurigheid aan de waarnemingen geven en meer mogelijkheden bieden om geavanceerde sensoren (zoals radar) aan boord te nemen. Eumetsat Polar System De MetOp-A satelliet maakt deel uit van het EUMETSAT Polar System (EPS) programma, dat voorziet in de lancering en operatie van drie Metop satellieten in de periode 2006-2020. De MetOp satellieten zijn ontwikkeld en gebouwd door een gezamenlijk EUMETSAT en European Space Agency (ESA) team, met EADS Astrium als de prime contractor. In totaal 11 instrumenten worden aan boord van de Metop satellieten geplaatst. Dit instrumenten pakket is geleverd door EUMETSAT, ESA, de French Space Agency (CNES), en de US National Oceanic and Atmospheric Administration (NOAA). EUMETSAT werkt nauw samen met NOAA, niet alleen door instrumenten onderling uit te wisselen, maar ook door het MetOp/EPS programma goed te laten aansluiten op het polaire satelliet programma van NOAA. Polaire NOAA satellieten zijn als sinds eind jaren zeventig operationeel. Europa heeft hier altijd dankbaar en gratis gebruik van gemaakt, onder voor operationele taken door de nationale weerdiensten. Al jaren belooft Europa (EUMETSAT) aan de Amerikanen om met een polaire satelliet bij te gaan dragen aan het NOAA systeem om op die manier wat van de schuld in te lossen. Met de lancering van MetOp-A kan EUMETSAT eindelijk aan deze belofte voldoen. Betere weersverwachtingen Polaire satellieten dragen in hoge mate bij aan de verbetering van de weersverwachting op de korte en middellange termijn. Ze zijn niet alleen een aanvulling op de geostationaire satellieten, omdat ze in de gebieden rond de polen beter kunnen meten, maar ook omdat ze andere metingen kunnen doen. Veel van de instrumenten aan boord van MetOp zijn (nog) niet geschikt voor plaatsing op een geostationaire satelliet. Metingen boven zee op verscheidene hoogten van atmosferische temperatuur, vocht en wind, zijn niet goed mogelijk met conventionele waarnemingen en dus ook nog niet vanaf geostationaire satellieten. Deze metingen zijn uiteraard belangrijk om het weer dat op ons afkomt in Nederland goed te beschrijven, weermodellen bij te sturen en zo de voorspellingen verder te verbeteren.
De kwaliteit van de weersverwachtingen wordt steeds beter. De verwachting voor bijvoorbeeld overmorgen is vandaag de dag even goed als tien jaar geleden de verwachting voor morgen. Die vooruitgang is voor een groot deel te danken aan weersatellieten waarvan tegenwoordig intensief gebruik wordt gemaakt. De lancering van MetOp voegt een nieuwe dimensie toe aan het satelliettijdperk. Met de lancering van Metop neemt het gebruik van satellietwaarnemingen nog verder toe. (Bron KNMI)
|
|