Is de zomer voorbij? Uit steeds meer monden valt de laatste tijd op te tekenen dat dit inderdaad het geval is. Augustus is ruim voorbij de helft, de dagen beginnen nu echt korter te worden. En een volgende zomerperiode zit nog steeds niet in de kaarten.
Maar is het ook terecht dat we de zomer nu al opgeven? Waarschijnlijk niet. Niet alleen in de officiële zomermaanden, maar ook daarbuiten komt zomerweer voor. Het kan niet anders of veel mensen zijn de voorbije aprilmaand nog niet vergeten. De zon scheen vrijwel iedere dag volop, het aantal van 7 zomerse dagen in De Bilt van april is dit jaar in nog geen enkele andere maand (ook de zomermaanden niet) overtroffen en het zuiden kwam zelfs tot 10 zomerse dagen. Verder hoeven we maar aan september vorig jaar terug te denken om te weten dat het ook in de herfstmaanden nog lange tijd zomerweer kan zijn.
Voor de grootschalige luchtdrukverdeling is het van belang dat het orkaanseizoen op de Atlantische Oceaan, de Caribische Zee en de Golf van Mexico nu pas een beetje op gang begint te komen. Dean, nu met windsnelheden van 225 kilometer per uur rond de kern, ligt boven de Caribische Zee, een stukje ten zuiden van Haïti en Jamaica. Morgenavond en dinsdag wordt de kern boven het Mexicaanse schiereiland Yucatan verwacht, daarna gaat het systeem volgens verwachting verder de Golf van Mexico over, om ergens op woensdag of donderdag Mexico in trekken. De kans bestaat nog steeds dat Dean tijdens zijn verdere tocht enige tijd categorie 5 status bereikt, die van de sterkst mogelijke orkaan.
Zoals bekend kunnen de restanten van orkanen, nadat ze aan de andere kant van de oceaan zijn uitgewoed, ook het Europese weer beïnvloeden, in de vorm van sterke lagedrukgebieden die boven de oceaan uit die restanten ontstaan. Komen dergelijke lagedrukgebieden boven de Centrale-Oceaan terecht, dan worden aan hun voorzijde warme luchtmassa’s over Europa naar het noorden geblazen. Vooral als zich in die luchtmassa’s boven het Europese continent een hogedrukgebied vormt, zijn we vaak vertrokken voor een langer durende periode met (na)zomerweer. Voorkeursmaanden zijn september en oktober.
Vorig jaar zagen we tijdens de herfstmaanden boven het midden van de oceaan vrijwel voortdurend een sterke uitzakking van lage druk, die zichzelf bijzonder lange tijd in stand hield. De orkanen, die boven de Atlantische oceaan tussen Afrika en het Caribische Zeegebied wel degelijk ontstonden, bogen keer op keer vroegtijdig (nog voor de andere kant van de oceaan bereikt te hebben) af naar het noordwesten en noorden, om in een wat later stadium door de zone van lage druk boven de oceaan opgeslokt te worden. Geen enkele orkaan bereikte uiteindelijk het vasteland van Centraal- en Noord-Amerika. Boven Europa bleef het aan de voorzijde van de oceanische lagedruk alle drie de herfstmaanden warm, uiteindelijk resulterend in een verpletterend herfstrecord, dat nu nog nasiddert.
Dit jaar is de situatie – tenminste nu is dat zo – anders. Boven de oceaan, op de plek van de uitzakking van lage druk van vorig jaar, ligt nu nog een bijzonder sterk hogedrukgebied, met kern in de buurt van de Azoren. Zo sterk, dat Dean – de eerste orkaan van dit seizoen – een dusdanig zuidelijke koers heeft gevolgd, dat het niet waarschijnlijk is dat de restanten ervan nog in onze westcirculatie worden opgenomen. Op het weer in Europa hebben die restanten dan ook geen invloed. Nazomerweer hoeven we van Dean voorlopig daarom niet te verwachten. Gelukkig zijn er nog veel andere manieren waarop het hier warm kan worden. Toch is het interessant om te volgen hoe dit de komende tijd verder gaat.
Voor het weer in Nederland is de komende dagen een lagedrukgebied van belang, dat vooral in de hogere delen van de atmosfeer goed terug te vinden. Op die niveaus bedekt het tot donderdag vrijwel de gehele westelijke helft van Europa. Gebieden met buien, afgewisseld door drogere perioden met geregeld ook zonneschijn, bepalen het weer voorlopig dan ook in onze omgeving. Ze draaien rond de kern van het hoogtelaag, dat eerst van de Britse eilanden naar het zuidoosten trekt, daarna over het zuiden van Frankrijk weer langzaam terug draait naar het noordoosten en uiteindelijk via het Alpengebied en Duitsland weer in de buurt van de Nederlandse oostgrens uit komt. Dit is een klassieke koers, die in de baan van het lagedrukgebied plaatselijk bijzonder veel regen kan opleveren.
Ook in delen van Nederland vallen de komende dagen, soms hevige buien, met regionaal onweer en door de lage treksnelheid van die buien plaatselijk ook veel regen. Boven zee en het IJsselmeer komt het vooral morgen en wellicht ook dinsdag lokaal tot waterhozen. Verder zullen er plekken zijn waar het erg meevalt met de buien, morgen wellicht ergens boven Midden-Nederland. Dat zijn dan de punten waar de buien omheen draaien. Het wordt daarbij morgen 18 tot 20 graden, de dagen daarna rond 21 graden. De dinsdag en de vrijdag lijken de dagen te zijn waarop de minste buien vallen, de dagen ertussen de meeste.
Bronnen: National Hurricane Centre, Meteo Consult.
|