Als alles op z’n plek valt, kan het vrijdag, op basis van de modelberekeningen zoals die nu voorliggen, op de warmste plaatsen in Nederland tussen 37 en 38 graden worden. In dit verhaal gaan we op zoek naar redenen waarom deze temperaturen niet worden gehaald.
Afgelopen juni, rond de 19e, deed zich een situatie voor waarin het potentieel zeer warm kon worden. Onweersbuien, de avond ervoor ontstaan boven Frankrijk en op het moment suprême uitdovend boven Nederland, deden de potentiele warmte toen echter de das om, waarna een brede maatschappelijke discussie volgde over de verwachting, die aan die dag voorafging.
Om een herhaling van toen te voorkomen, gaan we nu op zoek naar redenen waarom het vrijdag niet zo heet wordt als potentieel mogelijk is. Pas als geen van die zaken optreedt, kunnen we eventueel op het laatste moment alsnog aan het maximaal haalbare gaan denken. Maar dat doen we dan pas een paar uur van tevoren. Als we ook echt zicht hebben op wat er vrijdag precies gebeurt.
Alles moet op z’n plaats vallen
Om het in Nederland tot extreme warmte te laten komen, moet alles precies op z’n plaats vallen. Dat dagen waarop dat ook echt gebeurt erg zeldzaam zijn, mag blijken uit het feit dat het absolute Nederlandse warmterecord, gevestigd op 23 augustus 1944 in het Gelderse Warnsveld, al bijna 69 jaar oud is. Zelfs de snelle klimaatverandering van de laatste tientallen jaren heeft hierin niets kunnen veranderen. Het is tijdens de hittegolven van augustus 2003 en juli 2006 in het zuidoosten van het land weleens ruim 37 graden geweest, maar het record bleef steeds buiten bereik.
Vorig jaar was er ook een kans
Dat was ook zo vorig jaar op 19 augustus, toen zich wel een grote kans leek voor te doen op benadering, evenaring of zelfs een kleine verbetering van het Nederland warmterecord. Dat het toen niet lukte, had niet te maken met het feit dat de aangevoerde lucht er niet warm genoeg voor was. Dat was hij toen namelijk wel. Het probleem zat hem in het invallen van een zeewind, al heel vroeg in de ochtend. Die zorgde ervoor dat er zo’n grote thermische gradiënt over het land kwam te liggen tussen het sterk afgekoelde westen en het wel hete oosten, dat een thermische wind er de oorzaak van was dat de verwachte zuidelijke tot zuidoostelijke wind in het oosten uitbleef en door een zuidelijke tot zuidwestelijke wind werd vervangen. Een klein beetje van die koelere lucht in het westen werd zodoende in het oosten toch bijgemengd waardoor het record uitbleef.
In het Limburgse Ell werd uiteindelijk een temperatuur van 36,7 graden gemeten. Verder was het die dag ook niet helemaal zonnig. Velden met hoge sluierbewolking trokken over die de zon af en toe behoorlijk afschermden. Soms waren ze zo dik dat er in de middag zelfs een paar kleine buitjes uit vielen. En zo kwamen de verwachte, extreem hoge temperaturen er uiteindelijk niet.
De kans van afgelopen juni
De volgende kans deed zich afgelopen juni voor. Opnieuw leek de aangevoerde lucht, een paar dagen tevoren warm genoeg voor een thermisch hoogstandje. Addertjes zaten er meteen al onder het gras. Een daarvan kwam ook uit: een onweerscomplex dat de avond tevoren boven Frankrijk ontstond gooide roet in het eten. Hield de zon overdag lange tijd tegen en bracht niet alleen ons als meteorologen, maar ook de mensen die van het verwachte mooie weer wilden gaan genieten, een grote teleurstelling. In plaats van een hete zon, viel er regen en was het lange tijd kil en grijs. Een langere opklaring bracht de temperaturen uiteindelijk alleen in Limburg boven 30 graden.
Wat kan nu roet in het eten gooien?
Wat kan aanstaande vrijdag roet in het eten gooien? Een reëel gevaar is dat het precies zo gaat als vorig jaar op 19 augustus, toen een vroeg invallende zeewind de verwachte extreem hoge temperatuur tegenhield. Ook vrijdag wordt geen sterke, aflandige wind verwacht die zo’n zeewind volledig kan tegenhouden. Zonder die tegenwerking rukt een invallende zeewind landinwaarts op en helpt de potentieel extreme temperaturen, ook in het oosten, mogelijk om zeep.
Toch zit er wat dit betreft nog wel een addertje onder het gras. Als je de weerkaart van het ECMWF voor vrijdag sec bekijkt, wordt daarop namelijk wel een klein (thermisch) lagedrukgebiedje ingetekend, dat vanuit Frankrijk naar het noordoosten komt. Dit zou ervoor kunnen zorgen dat de wind aan z’n voorzijde in Nederland wel een tijdje oostelijk of zuidoostelijk wordt, met dan de kans dat een eventueel invallende zeewind alsnog wordt tegengehouden. Dit soort berekeningen zijn echter erg gevoelig voor veranderingen. We weten het pas vrijdagochtend echt.
Onweerscomplex?
Een andere optie is, dat op dat lagedrukgebiedje, donderdagavond boven Frankrijk opnieuw een onweerscomplex ontstaat, dat vrijdag uitdovend over ons land naar het noorden trekt. En hoge temperaturen tegenhoudt, zoals in de junimaand gebeurde. Of dat zoveel bewolking met zich meebrengt, dat de zonnestraling teveel wordt tegengehouden om het warmtepotentieel ten volle te benutten. Dit is echter nog lang niet zeker. De lucht in Frankrijk en ook bij ons is vrijdag naar verwachting zo droog, dat het maar de vraag is of de vorming van buien of bewolking tot de mogelijkheden behoort. Maar ook dat zien we op een later moment pas. Wel is het zo dat de zon alweer een stukje lager staat dan in juni en er dus minder potentiele instraling beschikbaar is. En verder is de bodem door de regen van de laatste tijd niet meer zo droog als dat hij dat eerder deze maand was. Een droge bodem komt de opwarming overdag juist ten goede.
Een laatste punt dat een kink in de kabel zou kunnen brengen is dat de lucht die onze kant op komt en waarin het allemaal moet gebeuren vrijdag toch minder warm is dan zich nu laat aanzien, zie ook hier de voorbije junimaand. Dit is zeker een optie. De laatste berekeningen zie je al dat langzaam iets van die bovenluchttemperaturen wordt afgeknabbeld, al gaat het nog niet met meerdere graden tegelijk, zoals in juni uiteindelijk wel het geval was. Daarbij is de tong van hete lucht die naar ons toekomt maar smal en hoeft er maar iets in de windrichting op wat grotere hoogte te veranderen of er gaat nog iets meer van die bovenluchttemperaturen af. Ook dit weten we vrijdag pas precies.
Niet zo warm dus?
Al met al zijn er dus redenen om de temperaturen voor aanstaande vrijdag nog niet maximaal in te zetten. Bij Meteo Consult hebben we nu als hoogste waarde voor een plaats in Brabant 36 graden als hoogste temperatuur, de rest van het land zit tussen 28 tot 30 graden aan zee en 33 tot 35 graden in het binnenland. Mocht het zo zijn dat we alle hiervoor benoemde onzekerheden vrijdagochtend alsnog kunnen wegstrepen, dan zou het wel zomaar ergens 37 of 38 graden kunnen worden. In dat geval zouden we een voor Nederlandse begrippen extreem hete dag mee kunnen maken.
Bron: Meteo Consult.
|